SV | Toen werd de Geest des HEEREN vaardig over hem, dat hij hem van een scheurde, gelijk men een bokje van een scheurt, en er was niets in zijn hand; doch hij gaf zijn vader en zijn moeder niet te kennen, wat hij gedaan had. |
WLC | וַתִּצְלַ֨ח עָלָ֜יו ר֣וּחַ יְהוָ֗ה וַֽיְשַׁסְּעֵ֙הוּ֙ כְּשַׁסַּ֣ע הַגְּדִ֔י וּמְא֖וּמָה אֵ֣ין בְּיָדֹ֑ו וְלֹ֤א הִגִּיד֙ לְאָבִ֣יו וּלְאִמֹּ֔ו אֵ֖ת אֲשֶׁ֥ר עָשָֽׂה׃ |
Trans. | watiṣəlaḥ ‘ālāyw rûḥa JHWH wayəšassə‘ēhû kəšassa‘ hagəḏî ûmə’ûmâ ’ên bəyāḏwō wəlō’ higîḏ lə’āḇîw ûlə’immwō ’ēṯ ’ăšer ‘āśâ: |
Toen werd de Geest des HEEREN vaardig over hem, dat hij hem van een scheurde, gelijk men een bokje van een scheurt, en er was niets in zijn hand; doch hij gaf zijn vader en zijn moeder niet te kennen, wat hij gedaan had.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen werd de Geest des HEEREN vaardig over hem, dat hij hem van een scheurde, gelijk men een bokje van een scheurt, en er was niets in zijn hand; doch hij gaf zijn vader en zijn moeder niet te kennen, wat hij gedaan had.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!